Henk en het perspectiefloze perspectief
Ineens was hij weg. Iemand zei mij dat hij weg was, maar ik geloofde het niet. Wensdenken, dacht ik. Net nadat hij had aangekondigd dat de derogatie het niet gered had, was hij weg. Niet de juiste man op de juiste plaats, dat was zijn eigen conclusie die overigens door anderen ook al was uitgesproken. Al eerder werd er gespeculeerd over hoe lang hij het nog zou uithouden. Nou, dat was inmiddels duidelijk. Niet zo lang dus.
Sommigen gaven zich over aan het natrappen. Verschillende commentatoren zeiden dat zij altijd al hadden gezien dat hij niet geschikt was. Het was de makkelijke wijsheid achteraf. Een beetje zoals bij de analyse van een verloren voetbalwedstrijd na een verkeerd uitgepakte wissel. Ook hier was er sprake van een verkeerd uitgepakte wissel.
Henk had een Herculestaak aangevat zonder dat hij Hercules is. Hij leek er zelfs niet een klein beetje op. Zijn partijgenoot en voorganger had voor hem het nodige achtergelaten. Pacht, mest, stikstof, gewasbescherming, dat waren nog maar een paar onderwerpen. Het hele idee van kringlooplandbouw was in een kringetje blijven ronddraaien. De PAS-melders zouden gelegaliseerd worden, maar niet heel erg snel. Henk had onvoldoende gevraagd in welke kasten welke lijken verborgen waren. Misschien was hij te zeer voor de eer gevallen. Een eenvoudige bakker uit Groningen die tot het hoogste ambt wordt geroepen, zie dat maar eens te weerstaan.
Dat Christianne het zuur zou doen en Henk het zoet, leek aanvankelijk een aantrekkelijke rolverdeling, totdat bleek dat er helemaal geen zoet was. Er was geld genoeg, dat wel, maar het zoet was helemaal op. Om dan in een perspectiefbrief op te schrijven dat er geen ander perspectief was dan dat je beter iets buiten de landbouw zou kunnen gaan doen, was niet verstandig. Het bleek niet goed te vallen bij de boeren. Het werd ervaren als een perspectiefloos perspectief en eigenlijk als een ontkenning van hun bestaan.
En wat nu? Laat Carola haar werk afmaken? Ze zit goed in de dossiers, maar daar is ze niet uniek in. Ze heeft ervaring. Die ervaring heeft haar juist bewogen dit niet nog een keer te willen doen. Haar periode als minister heeft zich gekenmerkt door niet aangepakte problemen. Net als Henk heeft zij zelf geconstateerd dat ze niet de juiste persoon is voor deze post. Maar wie dan wel?
Wie wil iets gaan doen waar je het nooit goed zal doen? Wie wil de stal uitmesten? Wie vindt het niet vervelend om impopulair te zijn? Wie is bereid een baan met een hoog afbreukrisico – het kabinet staat permanent op omvallen – te gaan doen?
Remkes niet. Die moet al die andere crises nog gaan doen. We hebben een Remkeskopie nodig. Iemand die gepokt en gemazeld is in de politieke jungle. Iemand die aan het eind van zijn carrière zit. Iemand met een groot verantwoordelijkheidsgevoel voor de publieke zaak. Bovendien ook nog te vinden in de rangen van de Christen Unie. En als het allemaal niet lukt om zo iemand te vinden, dan is er nog maar een man. Hij wil het. Hij kan het, denkt hij. Hij is er klaar voor. Als het land roept dan komt hij. En anders wil hij het ook doen. Zijn naam is……Tjeerd de Groot.
