Bond voor landpachters en eigen grondgebruikers

Vooruitkijken

December is de tijd van het terugkijken op het jaar dat dan bijna voorbij is. Jaaroverzichten laten ons de zaken nog een keer zien die we alweer vergeten waren of die nog niet zijn afgerond. Terugkijken betekent voor een heel aantal zaken ook gelijk vooruitkijken. Ook in 2025 gaan we het weer hebben over de PAS-melders. Iets zegt mij dat we aan 2025 niet genoeg gaan hebben om de problematiek van de PAS-melders achter ons te laten. Het Nationaal programma landelijk gebied hebben we zien verdwijnen in 2024. Wat er voor in de plaats gaat komen in 2025 is nog volstrekt onduidelijk. De ‘nieuwe’ minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur – die sinds juli 2024 over het departement met de herziene naam de scepter mag zwaaien – heeft inmiddels wel ontdekt dat het best een heel karwei is om minister van dat departement te zijn. Terugkijkend gaat het over stikstof en vooruitkijkend gaat het ook over stikstof. 1700 boeren hebben zich aangemeld voor de stoppersregeling. Gaat dat de stikstofcrisis oplossen? Zolang er nog boeren zijn vrees ik dat stikstof bij ons gaat blijven. Ook gaat het in 2025 in toenemende mate over water. Ook dan zal men bij de landbouw op de stoep staan. Vervolgens zal het over de EU-bodemrichtlijn gaan. Kortom: er staan ons nog interessante tijden te wachten, ook zonder alle internationale perikelen. 

In 2024 zijn we druk geweest met de herziening van het pachtstelsel. Net als in 2023, en 2022, en al die jaren daarvoor. Er gingen brieven over pacht naar de Kamer van de toenmalige minister Schouten, en vervolgens van de toenmalige minister Adema. Als we nu vooruitkijken is er reden voor voorzichtig optimisme. Nadat de BLHB, het NAJK, LTO en de FPG een compleet voorstel voor de herziening van het pachtstelsel hadden gedaan, is hierover met staatssecretaris Rummenie van gedachten gewisseld. 

De staatssecretaris heeft inmiddels in een brief aan de Kamer zijn positie weergegeven. Hij staat in overwegende mate positief tegenover de gedane voorstellen. De Kamer debatteert hierover op 30 januari. Doel van de staatssecretaris is nog in dit jaar met een wetsvoorstel naar de Kamer te komen. 

Is het hiermee duidelijk dat de haven in zicht is gekomen? Nee, laat ons de dag niet prijzen voor het avond is. Al eerder leek de haven in zicht, maar politieke stormen, dan wel periodes van politieke windstilte, maakten het binnenvaren onmogelijk. 

Ook nu zal er meer nodig zijn dan de inspanning en goede wil van de staatssecretaris om het einddoel te bereiken. 

Veel zal afhangen van de politieke stabiliteit, of het gebrek daaraan, van het huidige kabinet. De eerste test komt al in maart/april als het kabinet de voorjaarsnota en de daarbij behorende problematiek moet zien te overleven. De voorjaarsnota kan een brug te ver blijken te zijn, dat wil zeggen als er al niet eerder een niet te overwinnen crisis voor die tijd uitbreekt en het kabinet valt.