Proefproces NV-gebieden start
Staatssecretaris Rummenie wil geen oplossing voor pachters in de nutriënten-verontreinigde gebieden (NV-gebieden). Ondanks de forse beperkingen voor deze pachters, moeten zij al meerdere jaren de volle pachtprijs betalen. Als bestuur van de BLHB gaan we in samenwerking met pachters een proefproces starten. Ook zullen we ons ongenoegen uiten bij de politiek.
Problematiek
De maatregelen rondom de nutriënten-verontreinigde gebieden die het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) in 2024 heeft genomen hebben gevolgen voor de pachtprijs. Het BLHB-bestuur heeft meer dan een jaar geleden een brief aan de minister van LVVN gestuurd over deze gevolgen.
De grenzen van deze NV-gebieden vallen niet samen met de pachtregio’s, de pachtnormgebieden. De regionorm wordt berekend op basis van de uitkomsten van de bedrijven uit het Bedrijven-Informatienet. De bedrijven die in het NV-gebied vallen, worden beperkt in hun bedrijfsvoering, kennen hogere kosten en of lagere gebruiksnormen, en de andere bedrijven niet. Een behoorlijke ongelijkheid waarmee de minister in haar beleid geen rekening heeft gehouden.
De concrete vraag van de BLHB was hoe de minister het probleem gaat aanpakken voor het verschijnen van de pachtnormen 2024. Gaat u de pachtregio’s (pachtnormgebieden) aanpassen aan de NV gebieden of andersom of wordt een correctie toegepast op basis van de uitkomsten van de bedrijven uit het Bedrijven-Informatienet.
Lastige en complexe problematiek
Het ministerie vond de problematiek erg lastig; het heeft na beraad van meer dan een jaar gemeld dat zij midden in de voorbereiding van een wetgevingstraject voor de pachtregel zitten en het Pachtprijzenbesluit 2007 is hier onderdeel van. Zij willen dan de gevolgen voor NV-gebieden meenemen. Een aanpassing op de korte termijn voor de pachtnormen van 2025 zou niet mogelijk zijn.
De voorzichtige conclusie is dat het ministerie geen oplossing heeft en ook niet met de veldpartijen over dit onderdeel om de tafel wil. Het probleem is dat nu al bedrijven grote nadelen ervaren. Dit vraagt nu aandacht.
Proefproces
Inmiddels hebben leden zich bereid verklaard om een (proef-)proces te gaan voeren. Dit wordt via twee sporen gedaan. De grondkamer wordt op grond van art 7: 333 gevraagd een oordeel te vellen. Met andere woorden de pachter vraagt herziening van de pachtprijs aan. Er zijn al berekeningen bekend die daarvoor eventueel kunnen worden gebruikt. In ieder geval is er al eerder duidelijk gemaakt dat er schade is.
Het tweede spoor is dat een beroep wordt ingesteld bij de Pachtkamer op basis van artikel 7:330 BW. Dit artikel beschrijft het remissierecht en regelt dat een pachter aanspraak heeft op een vermindering van de pachtprijs als ten gevolge van buitengewone omstandigheden de opbrengst van het bedrijf aanzienlijk minder is geweest dan te verwachten was; of als de pachter het genot van het gepachte tijdelijk heeft moeten missen. Het klinkt veelbelovend voor pachters, maar in de praktijk is de drempel hoog.Het is lastig om aan te tonen dat het om een buitengewone omstandigheid gaat.
LVVN schuift weg
Al bij de totstandkoming van de pachtregel in 2007 was het bekend dat er veel omissies zijn die gerepareerd moeten worden. Deskundigen en belangenorganisaties hebben dit vaak bij het ministerie onder de aandacht gebracht, maar in die 18 jaar heeft het ministerie nog steeds niets gedaan. Steeds komt het ministerie er mee weg en schuift problemen voor zich uit.
Het bestuur van de BLHB wil niet langer wachten, omdat de schade voor pachters in de NV-gebieden (te) groot is.
